Aanzegverplichting

27-08-2020

De werkgever is verplicht uiterlijk een maand voor het einde van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd met een duur van zes maanden of langer schriftelijk te laten weten of hij de arbeidsovereenkomst daarna wil voortzetten en zo ja, onder welke voorwaarden. Het schriftelijkheidsvereiste van deze aanzegverplichting is van dwingend recht. Dat betekent dat daarvan niet mag worden afgeweken. Een werkgever, die mondeling heeft medegedeeld de arbeidsovereenkomst te willen verlengen, voldoet daarmee niet aan de aanzegverplichting.

De werkgever, die de aanzegverplichting in het geheel niet is nagekomen, is aan de werknemer een vergoeding verschuldigd ter grootte van een maandloon. Ingeval te laat is aangezegd, is de werkgever een vergoeding naar rato verschuldigd.

De arbeidsovereenkomst van een werknemer had een duur van zes maanden en liep tot 1 mei 2020. De arbeidsovereenkomst is per 1 mei 2020 voortgezet. Volgens de werkgever waren partijen al op 30 maart 2020 mondeling een verlenging per 1 mei 2020 overeengekomen. De werknemer heeft na 1 mei meerdere dagen gewerkt. Op 6 en 9 mei 2020 heeft de werkgever de werknemer gevraagd om een brief gedateerd 29 april 2020 te ondertekenen. In die brief bevestigde de werkgever dat hij de arbeidsovereenkomst per 1 mei 2020 op gelijke voorwaarden wenste voort te zetten voor de duur van drie maanden. Nadat de werknemer heeft geweigerd de brief te ondertekenen, heeft de werkgever hem naar huis gestuurd. De werkgever voerde aan dat hij, weliswaar te laat, aan de aanzegverplichting heeft voldaan door de werknemer op 29 april 2020 een brief te overhandigen waarin hij bevestigt de arbeidsovereenkomst per 1 mei 2020 op gelijke voorwaarden te willen voortzetten. De werknemer ontkende de brief op 29 april te hebben ontvangen. Volgens de werknemer is de brief hem pas op 6 mei 2020 overhandigd. De kantonrechter heeft de werkgever veroordeeld tot betaling van de aanzegvergoeding, ter grootte van een maandsalaris.

Recente nieuwsartikelen

Bijzondere omstandigheden: proceskostenvergoeding onder de loep

Overdrachtsbelasting bij aankoop van een woning: wanneer komt u in aanmerking voor het verlaagde tarief?

Recht op aftrek voorbelasting bij kosteloze terbeschikkingstelling

Premiepercentages en maximum premieloon 2025

Raad van State uit bezwaren tegen nieuw box 3-stelsel

Toepassing eigenwoningregeling bij besluit tot verkoop voor juridische levering woning

Indexering griffierechten per 1 januari 2025

Hoge Raad: ongelijke behandeling bij WGA-uitkering en arbeidskorting

Berekening heffingskortingen bij gedeeltelijke belastingplicht

Hoge Raad stelt strikte eisen aan voortvarendheid

Belastingrente van 8% voor vennootschapsbelasting onverbindend

Villatax is geen ongeoorloofde inbreuk op het eigendomsrecht

Wanneer kunnen fiscale partners de onderlinge verdeling van inkomsten bepalen of herzien bij navordering?

AOW-leeftijd blijft 67 jaar en 3 maanden in 2030

Premie en bijdrageloon Zorgverzekeringswet 2025

Verlenging SLIM-regeling

Premie 2025 pensioenregeling payrollkrachten

Aandachtspunten jaarafsluiting loonadministratie

Aanpassingen in de 30%-regeling

Einde handhavingsmoratorium arbeidsrelaties

Paardenaccommodatie als onderdeel van de eigen woning?

Toelaatbaarheid tweede aanslag afvalstoffenheffing

Kostenopslag naheffing parkeerbelasting is geen straf

Wijzigingen loonkostenvoordelen per 2025

Vergeet de herziening van de aftrek voorbelasting niet

Fiscale eenheid aangaan of verbreken?

Middeling van inkomens voor het laatst mogelijk over de jaren 2022 tot en met 2024

Draag bij leven vermogen over naar de (klein)kinderen om erfbelasting te beperken

Maak bezwaar tegen de “villatax”

Belastingheffing in box 3 als het werkelijke rendement lager is dan het forfaitaire rendement

Administratiebureau C.O. Steeman kenmerkt zich door korte lijnen, duidelijkheid, flexibiliteit en een uitstekende service.

Onze kracht:

  • Maatwerk
  • Jarenlange ervaring
  • Betrouwbaar
  • Kennis van de markt
  • Accuraat
© 2023 Administratiebureau Steeman