Bestuurders aansprakelijk voor belastingfraude

22-02-2024

De bestuurders van enkele bv’s zijn door de Belastingdienst persoonlijk aansprakelijk gesteld wegens het opzettelijk indienen van onjuiste btw-aangiften. De Belastingdienst wil hen ook aansprakelijk stellen voor niet afgedragen loonheffingen. Hoe loopt dit af?

In de automobielhandel opereert een groep bv’s met een rammelende administratie. De Belastingdienst constateert tijdens een boekenonderzoek een te lage btw-afdracht en legt op basis van een onnauwkeurige kolommenbalans een naheffingsaanslag op. De Belastingdienst beoordeelt echter niet de facturen. De administratie wordt gevoerd door een boekhouder, terwijl kas- en bankmutaties en btw-aangiften door andere medewerkers en een externe accountant worden gedaan. Volgens de Belastingdienst waren de bestuurders zich bewust van de onjuiste btw-aangiften en hebben ze niet tijdig ingegrepen, wat duidt op onbehoorlijk bestuur. Bij een faillissement leidt dit tot persoonlijke aansprakelijkheid van de bestuurder voor de belastingschulden. De bestuurders dienden een bezwaarschrift in, dat ongegrond wordt verklaard, waarna de zaak voor de Rechtbank Gelderland komt.

Een bestuurder van een bv is alleen persoonlijk aansprakelijk voor niet afgedragen belasting als onbehoorlijk bestuur de oorzaak is. Er ontstaat een vermoeden van onbehoorlijk bestuur als de bv niet binnen 14 dagen na een naheffingsaanslag betalingsonmacht meldt bij de Belastingdienst.

De Belastingdienst beschuldigt de bestuurders van grove schuld bij het jarenlang indienen van onjuiste btw-aangiften, waartegen zelfs het melden van betalingsonmacht niet beschermt. De bestuurders zijn dan persoonlijk aansprakelijk. Voor de rechtbank wijzen de bestuurders persoonlijke aansprakelijkheid af, verwijzend naar de rol van de boekhouder en accountant bij het indienen van de aangiften. De rechtbank benadrukt echter dat het de verantwoordelijkheid van de bestuurders is om bij problemen in de administratie in te grijpen. De rechtbank oordeelt dat de inspecteur mag volstaan met een redelijke schatting, aangezien de administratie niet adequaat werd gevoerd. De bestuurders weerleggen de ruwe schatting door met enkele bewijsstukken op de proppen te komen, waarna de rechtbank hen deels gelijk geeft. De naheffingsaanslag wordt op dit punt verlaagd.

De aansprakelijkheid voor het niet betalen van loonheffingen wordt afgewezen omdat de bestuurders eenmaal betalingsonmacht hebben gemeld, wat volgens de rechtbank voldoende is voor volgende tijdvakken. Omdat de feiten van onbehoorlijk bestuur alleen betrekking hebben op onbetaalde btw werkt dit niet zondermeer door voor de loonheffingen.

Wat leren we hieruit?

Deze casus benadrukt het belang van snel en adequaat handelen bij administratieve problemen: bestuurders moeten onmiddellijk actie ondernemen en deze acties documenteren om hun verantwoordelijkheid en inspanningen aan te tonen. Belangrijk is ook de meldingsplicht van betalingsonmacht binnen 14 dagen na een naheffingsaanslag aan de Belastingdienst, om aansprakelijkheid te vermijden. Dit onderstreept het belang van zorgvuldig financieel beheer en proactieve aanpak om juridische complicaties te voorkomen.

Recente nieuwsartikelen

Waardebepaling recreatieterrein inclusief stacaravans op verhuurde jaarplaatsen

Geen ingekomen werknemer

Analyse arresten Hoge Raad box 3

Ondernemer betrapt op drugshandel: hof bevestigt redelijkheid schatting inspecteur

Miljoenen uit de greep van de Belastingdienst: moet de zoon erfbelasting betalen?

Hoge Raad oordeelt over btw-heffing voor besnijdenissen

Vooruitbetaling collegegeld ter verkrijging verblijfsvergunning

Dienstverlening hospice niet te vergelijken met hotel

Toepassing werktuigenvrijstelling op zonnepanelen

Nakijken van scripties en onderwijsvrijstelling

Flexibele kapitalisatiefactoren bij WOZ-waardebepaling

Rioolheffing voor een jaarplaats op een camping?

Btw bij short-stayverhuur: wat ondernemers moeten weten

Is de vervangingswaarde van bedrijfspanden in- of exclusief btw?

Onderzoek gevolgen beperking vrijstelling groen beleggen per 1 januari 2025

Verbouwing leidt niet tot nieuw gebouw

Schadeverzekeraar probeert onder verlegde btw uit te komen

Hoge Raad komt met nieuwe uitleg van gering financieel belang voor vergoeding immateriële schade

Geen belastingplicht voor Immobilien-Sondervermögen in Nederland

Inzage in fiscaal dossier niet voor 1 januari 2026

Bedragen kinderbijslag per 1 juli 2024

Verlaagd btw-tarief voor verhuur zeiljachten

Waardestijging woning belast in box 3?

Terugbetaling ten onrechte ontvangen vergoeding geen negatief loon

Nieuwe pachtnormen per 1 juli 2024

Fiscale implicaties van afgewaardeerde leningen in bedrijfsfinanciën

Villa met praktijkruimte: is de praktijkruimte onderdeel van de woning?

Consultatie verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen

Inspecteur vernietigt compromis over uitdeling op grond van dwaling

Mag een bestuursorgaan in hoger beroep terugkomen op eerdere ontvankelijkverkaring bezwaar?

Administratiebureau C.O. Steeman kenmerkt zich door korte lijnen, duidelijkheid, flexibiliteit en een uitstekende service.

Onze kracht:

  • Maatwerk
  • Jarenlange ervaring
  • Betrouwbaar
  • Kennis van de markt
  • Accuraat
© 2023 Administratiebureau Steeman