Conclusie A-G: belastingheffing box 3 in strijd met discriminatieverbod
15-04-2021
De (wijze van) belastingheffing over inkomsten uit vermogen blijft onderwerp van discussie. Bij de invoering van de Wet IB 2001 werd box 3 nog aangemerkt als pret-box, vanwege het destijds bescheiden forfaitaire rendement van 4% en het tarief van 30%. Door de daling van de rente in de afgelopen jaren ligt dat tegenwoordig anders. Regelmatig worden procedures gevoerd waarin wordt aangevoerd dat de heffing in box 3 een inbreuk vormt op het recht op ongestoord genot van eigendom. De Advocaat-Generaal (A-G) bij de Hoge Raad heeft een conclusie gewijd aan deze heffing in de jaren 2016 en 2017.
De belastingplichtige in deze procedure werd in die jaren geconfronteerd met een heffing van (meer dan) 100% van de inkomsten uit vermogen. Eerder in de procedure oordeelden rechtbank en hof dat de rechter een eventuele schending van het eigendomsrecht op stelselniveau niet kan repareren. Volgens beide instanties was geen sprake van een individuele buitensporige last, gezien het hypotheekvrije huis, de AOW-uitkering en de inkomsten uit vermogen van de belastingplichtige.
De A-G merkt op, dat de belastingheffing in box 3 in 2017 fundamenteel is gewijzigd. Sinds 2017 gaat de wetgever niet meer uit van een met weinig risico bereikbaar rendement, maar van een gemiddeld risico, rendement en gemiddelde vermogenssamenstelling voor alle belastingplichtigen. De A-G verwacht niet dat de Hoge Raad op stelselniveau zal ingrijpen. Het oordeel dat geen sprake is van een individuele buitensporige last lijkt te stroken met de maatstaven daarvoor van de Hoge Raad. Dat zou betekenen dat de onredelijke en willekeurige overbelasting van de belanghebbende niet tot cassatie leidt op basis van de schending van het eigendomsgrondrecht.
De A-G is van mening dat de belastingheffing in box 3 met ingang van het jaar 2017 op stelselniveau in strijd is met het discriminatieverbod. Door alle box 3-belastingplichtigen naar een gemiddeld vermogensrendement over een gemiddelde vermogenssamenstelling te belasten, betalen personen die een lager rendement behalen dan het gemiddelde per saldo de belasting die personen die boven het gemiddelde scoren te weinig betalen. Een rechtvaardiging daarvoor ontbreekt. Bij heffing naar een gemiddeld rendement is overbelasting van de ondergemiddelden en onderbelasting van de bovengemiddelden per definitie onontkoombaar; het is het systeem.
Volgens de A-G was de belastingheffing in box 3 ook in 2016 op stelselniveau onverenigbaar met het discriminatieverbod. Na de kredietcrisis was het verschil in rendement tussen verschillende vermogenstitels significant toegenomen. Daardoor was de situatie in 2016 feitelijk dezelfde als de situatie die in 2017 principieel en formeelwettelijk werd ingevoerd. Dat betekent volgens de A-G dat de wetgever ook in de jaren voor 2017 al de bedoeling had om spaarders en risicomijders te overbelasten om het fiscale privilege van de bovengemiddelden te financieren.
De conclusie van de A-G is dat de Hoge Raad het beroep in cassatie gegrond dient te verklaren en het aan de wetgever moet overlaten om het stelsel te wijzigen.
Recente nieuwsartikelen
Belastingrente verschuldigd over vermindering box 3-heffing
Kamervragen over registratie van hypotheekgegevens
UBO-register wordt minder toegankelijk door uitspraak Hof van Justitie EU
Opgave van aan derden uitbetaalde bedragen
Schending Unierechtelijk verdedigingsbeginsel leidt tot vernietiging naheffing bpm
Willekeurige afschrijving bedrijfsmiddelen 2023
Strand is geen sportaccommodatie
Wetsvoorstel Wet toekomst pensioenen door de Tweede Kamer
Wet excessief lenen bij eigen vennootschap
Tarieven en heffingskortingen 2023
Wettelijke rente omhoog naar 4% in 2023
Uitwerking op hoofdlijnen Tegemoetkoming Energiekosten
Partnerregeling in de overbruggingsperiode box 3
Alsnog aanpassing maximum uurprijzen kinderopvang
Kabinetsreactie beleggingsinstellingen
Kabinetsreactie evaluatie fiscale bedrijfsopvolgingsregelingen
Geen STAP-budget in januari 2023
Teruggaaf van omzetbelasting bij vooruitbetalingen zonnepanelen
Regeling tijdelijk prijsplafond energie
Bedrijfsopvolgingsregeling van toepassing bij verhuur onderneming
Vaststellingsloket NOW-5 open tot en met 2 juni 2023
Wettelijk minimumloon per 1 januari 2023
Nultarief groente en fruit per 1 januari 2024
Premiepercentages sociale verzekeringen 2023