Conclusie A-G over belastingheffing in box 3

28-09-2023

De Advocaat-Generaal (A-G) bij de Hoge Raad heeft een conclusie gewijd aan een procedure over de belastingheffing in box 3 onder het Besluit en de Wet Rechtsherstel box 3.

De staatssecretaris van Financiën heeft beroep in cassatie ingesteld tegen een uitspraak van Hof Arnhem-Leeuwarden. De vraag die aan het hof is voorgelegd, is de volgende: geldt voor een aandeel in een VvE-reserve het wettelijke rendement voor banktegoeden of dat voor overige bezittingen. Het hof is van oordeel dat moet worden uitgegaan van het rendement voor banktegoeden. Daarmee wijkt het hof af van de tekst en de bedoeling van het besluit en de wet. Daaruit blijkt dat aandelen in een VvE-reserve tot de overige bezittingen worden gerekend. Overigens wordt in het Belastingplan 2024 voorgesteld de zienswijze van het hof in de wet op te nemen met terugwerkende kracht tot 1 januari 2023.

Het hof baseert zijn afwijkende oordeel op het werkelijke op de VvE-reserve behaalde rendement en op het feit dat het Burgerlijk Wetboek VvE’s verplicht hun reserves aan te houden op een afzonderlijke bank- of spaarrekening. De A-G is van mening dat het hof de kwalificatievraag of de aandelen in een VvE-reserve ‘banktegoeden’ of ‘overige bezittingen’ zijn onjuist heeft beantwoord. Het hof is er kennelijk van uit gegaan dat de kwalificatie ‘overige bezittingen’ de grondrechten van de belanghebbenden schendt. Dat is volgens de A-G niet het geval. Grondrechtelijk is alleen van belang of de Herstelwet de belanghebbenden in strijd met het EVRM discriminatoir en/of confiscatoir belast.

Volgens de A-G had het hof het verschil tussen het wettelijke en het werkelijke nettorendement op het totale vermogen van de belanghebbenden moeten vaststellen. De wetgever wil immers ook onder de Herstelwet het werkelijke nettorendement van een belastingplichtige op diens vermogen benaderen. Een schending van EVRM-rechten is pas aan de orde als het feitelijke nettorendement significant lager is dan het wettelijke rendement op het gehele vermogen. Het zou de feitenrechtspraak zeer helpen als de Hoge Raad aangeeft in hoeverre de term ‘op rechtsherstel gerichte compensatie’ in het Kerstarrest een marge toelaat tussen heffing op basis van het werkelijke nettorendement en heffing op basis van het wettelijke rendement.

De A-G is van mening dat de Herstelwet het geconstateerde tekort van de belastingheffing in box 3 alleen heeft weggenomen voor banktegoeden. Door banktegoeden en schulden een lager gemiddeld rendement toe te kennen dan overige bezittingen wordt de spreiding van werkelijke rendementen rond het gemiddelde beleggingsresultaat groter dan de spreiding rond het gemiddelde rendement op het hele vermogen was. De Hoge Raad zou de politiek moeten uitleggen dat een inkomstenbelasting naar een gemiddeld beleggingsresultaat nooit een voldoende benadering van een heffing over het feitelijke individuele beleggingsrendement kan worden. Een gemiddeldenbelasting is volgens de A-G nooit verenigbaar met het discriminatieverbod en het eigendomsgrondrecht.

Recente nieuwsartikelen

Einde handhavingsmoratorium Wet DBA per 1 januari 2025

Persoonlijke omstandigheden en openheid van zaken leiden tot lagere boete

Het belang van de intentie van de koper van een woning

Geen fiscale eenheid omzetbelasting wegens gebrek aan financiële verwevenheid

Belasting in Nederland of het buitenland? Rechtbank geeft duidelijkheid

Het verzwijgen van inkomen bij faillissement liep verkeerd af

Hof oordeelt over fiscaal inwonerschap van Nederland

UWV heeft gedifferentieerde premies Werkhervattingskas 2025 vastgesteld

Heffingsbevoegdheid over lijfrente-uitkeringen uit Nederland

Vrijstelling piloteninkomen Turkije ten onrechte geweigerd?

Loonstop ten onrechte opgelegd

Bekendmaking belastingaanslagen aan ontbonden rechtspersoon

Hof bevestigt correcties inspecteur: aftrekposten niet onderbouwd

Was de inspecteur te laat met een navorderingsaanslag?

Geen verband tussen ziekte en medisch onderzoek: geen aftrek kosten

€ 148 miljoen voor stimulering Nederlandse maakindustrie

Werkgever mocht werknemers overplaatsen met beroep op eenzijdig wijzigingsbeding

Geen verzuimboetes e-commerce tot 1 januari 2025

Betaalde premie voor buitenlandse AOV als aftrekpost?

Loonsanctie terecht opgelegd; bedrijfsarts heeft te weinig onderzoek gedaan

Rechter moet gelegenheid tot herstel bieden als geldigheid machtiging is verstreken

Wettelijke regels berekening WIA-dagloon zijn discriminerend

Hockeytrainer in btw-soap: heeft de inspecteur het doel gemist?

De sleutel tot het behoud van zelfstandigenaftrek

B&B-eigenaren winnen zaak over kleinschaligheidsinvesteringsaftrek

Prestaties binnen fiscale eenheid omzetbelasting

Tijdelijke subsidieregeling aanschaf emissieloze touringcars

Verhoging budget en tweede openstelling AanZet

Internetconsultatie eenmalig niet-indexeren maximum uurprijs kinderopvangtoeslag in 2026

Terugvragen in andere lidstaat betaalde omzetbelasting

Administratiebureau C.O. Steeman kenmerkt zich door korte lijnen, duidelijkheid, flexibiliteit en een uitstekende service.

Onze kracht:

  • Maatwerk
  • Jarenlange ervaring
  • Betrouwbaar
  • Kennis van de markt
  • Accuraat
© 2023 Administratiebureau Steeman