Eigenwoningregeling bij uitzending naar buitenland
04-03-2021
De Wet IB 2001 bevat een bepaling op grond waarvan een naar het buitenland uitgezonden ambtenaar geacht wordt in Nederland te wonen. Daarmee blijft de binnenlandse belastingplicht van de ambtenaar gedurende de periode van uitzending in stand. Deze woonplaatsfictie gaat niet zo ver dat deze meebrengt dat de uitgezonden ambtenaar voor de toepassing van de eigenwoningregeling geacht wordt zijn hoofdverblijf te hebben behouden in de woning waarin hij tot de uitzending woonde. De eigenwoningregeling kan wel van toepassing zijn op grond van de uitzendregeling. Daartoe is in de Wet IB 2001 bepaald dat de voormalige eigen woning op verzoek van de belastingplichtige en onder voorwaarden als eigen woning wordt aangemerkt. De woning mag niet aan derden ter beschikking worden gesteld en de belastingplichtige en zijn partner mogen geen andere eigen woning in fiscale zin hebben. Derden zijn alle personen die niet tot het huishouden van de belastingplichtige behoren. Ook een kind van de belastingplichtige kan worden aangemerkt als een derde als dit kind zelfstandig een huishouden voert.
In een procedure van een uitgezonden ambtenaar was in geschil of de woning na de terugkeer van een zoon in de woning, aan een derde ter beschikking is gesteld. Volgens de ambtenaar was dit niet het geval omdat de zoon direct voorafgaand aan zijn terugkeer naar Nederland tot het huishouden van de ambtenaar behoorde. Volgens de inspecteur behoorde de zoon vanaf zijn terugkeer naar Nederland niet meer tot het huishouden van de ambtenaar en werd de woning ter beschikking gesteld aan een derde.
In een besluit van de staatssecretaris van Financiën uit 2009 is goedgekeurd dat de eigenwoningregeling van kracht blijft tijdens uitzending als kinderen in de woning blijven wonen. De goedkeuring geldt mits is voldaan aan de volgende voorwaarden:
- Vanaf het moment van de uitzending wonen uitsluitend kinderen van de belastingplichtige of zijn partner in de woning.
- De kinderen zijn jonger dan 27 jaar. De goedkeuring vervalt als een kind 27 jaar wordt.
- De kinderen behoorden direct voorafgaand aan de uitzending tot het huishouden van de belastingplichtige.
- De kinderen betalen geen huur.
De Hoge Raad heeft in een arrest uit 2012 geoordeeld dat de goedkeuring alleen geldt als de kinderen na de verhuizing van de belastingplichtige in de desbetreffende woning zijn blijven wonen. Hof Den Haag zag geen reden om van dit oordeel af te wijken in een situatie waarin vaststaat dat de zoon bij de aanvang van de uitzending is meeverhuisd naar het buitenland.
Recente nieuwsartikelen
Waardebepaling recreatieterrein inclusief stacaravans op verhuurde jaarplaatsen
Analyse arresten Hoge Raad box 3
Ondernemer betrapt op drugshandel: hof bevestigt redelijkheid schatting inspecteur
Miljoenen uit de greep van de Belastingdienst: moet de zoon erfbelasting betalen?
Hoge Raad oordeelt over btw-heffing voor besnijdenissen
Vooruitbetaling collegegeld ter verkrijging verblijfsvergunning
Dienstverlening hospice niet te vergelijken met hotel
Toepassing werktuigenvrijstelling op zonnepanelen
Nakijken van scripties en onderwijsvrijstelling
Flexibele kapitalisatiefactoren bij WOZ-waardebepaling
Rioolheffing voor een jaarplaats op een camping?
Btw bij short-stayverhuur: wat ondernemers moeten weten
Is de vervangingswaarde van bedrijfspanden in- of exclusief btw?
Onderzoek gevolgen beperking vrijstelling groen beleggen per 1 januari 2025
Verbouwing leidt niet tot nieuw gebouw
Schadeverzekeraar probeert onder verlegde btw uit te komen
Hoge Raad komt met nieuwe uitleg van gering financieel belang voor vergoeding immateriële schade
Geen belastingplicht voor Immobilien-Sondervermögen in Nederland
Inzage in fiscaal dossier niet voor 1 januari 2026
Bedragen kinderbijslag per 1 juli 2024
Verlaagd btw-tarief voor verhuur zeiljachten
Waardestijging woning belast in box 3?
Terugbetaling ten onrechte ontvangen vergoeding geen negatief loon
Nieuwe pachtnormen per 1 juli 2024
Fiscale implicaties van afgewaardeerde leningen in bedrijfsfinanciën
Villa met praktijkruimte: is de praktijkruimte onderdeel van de woning?
Consultatie verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen
Inspecteur vernietigt compromis over uitdeling op grond van dwaling
Mag een bestuursorgaan in hoger beroep terugkomen op eerdere ontvankelijkverkaring bezwaar?