Hof wijst vordering tot opschorting UBO-wetgeving af
02-12-2021
De stichting Privacy First heeft de Nederlandse staat voor de rechter gedaagd vanwege de invoering van het UBO-register. Het UBO-register is het gevolg van de implementatie van de vierde en vijfde Europese anti-witwasrichtlijn in Nederlandse wetgeving. Een UBO is de ultimate beneficial owner of de uiteindelijk begunstigde van een juridische entiteit. Van de UBO’s van in Nederland gevestigde vennootschappen en andere juridische entiteiten worden de volgende gegevens in het Handelsregister opgenomen:
- het burgerservicenummer;
- een fiscaal identificatienummer van een ander land;
- de naam, de geboortemaand en het geboortejaar, de woonplaats en de nationaliteit;
- de geboortedag, de geboorteplaats, het geboorteland en het woonadres;
- de aard van het door de uiteindelijk belanghebbenden gehouden economisch belang en de omvang van dit belang, aangeduid in bij algemene maatregel van bestuur vast te stellen klassen.
De naam, geboortemaand en -jaar, de woonplaats en nationaliteit van een UBO, alsmede de aard en omvang van zijn belang kunnen door iedereen, die dat wil, worden ingezien. Andere gegevens zijn niet voor het publiek toegankelijk, maar wel voor de financiële inlichtingeneenheid of een andere bevoegde autoriteit.
Privacy First heeft gevorderd dat de verplichting om gegevens over de UBO aan te leveren en het recht van eenieder om gegevens over de UBO in te zien buiten werking wordt gesteld of in ieder geval wordt geschorst. Volgens de stichting zijn deze bepalingen in strijd met het Handvest van de grondrechten van de EU, de EU-beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit en de Algemene Verordening Gegevensbescherming. De voorzieningenrechter heeft de vordering afgewezen op de grond dat toewijzing ertoe zou leiden dat de Staat niet voldoet aan zijn verplichting tot het inrichten van een nationaal openbaar UBO-register. De Nederlandse rechter kan de nationale wetgeving ter implementatie van een Europese richtlijn niet buiten werking stellen zonder dat het Hof van Justitie EU de ongeldigheid van die richtlijn heeft vastgesteld.
Wel heeft de nationale rechter de ruimte om de tenuitvoerlegging van EU-regelgeving op te schorten in afwachting van een oordeel van het Hof van Justitie EU over de geldigheid van die regelgeving. Dat kan alleen als de zaak spoedeisend is en voor de verzoeker onherstelbare en ernstige schade dreigt. Die schade voor UBO’s is volgens de rechter door Privacy First niet aangetoond.
In hoger beroep heeft Hof Den Haag het vonnis van de rechtbank bekrachtigd. Het hof voelt zich, als niet zijnde de hoogste nationale rechter en oordelend in kort geding, niet verplicht om prejudiciële vragen aan het Hof van Justitie EU te stellen.
Recente nieuwsartikelen
Waardebepaling recreatieterrein inclusief stacaravans op verhuurde jaarplaatsen
Analyse arresten Hoge Raad box 3
Ondernemer betrapt op drugshandel: hof bevestigt redelijkheid schatting inspecteur
Miljoenen uit de greep van de Belastingdienst: moet de zoon erfbelasting betalen?
Hoge Raad oordeelt over btw-heffing voor besnijdenissen
Vooruitbetaling collegegeld ter verkrijging verblijfsvergunning
Dienstverlening hospice niet te vergelijken met hotel
Toepassing werktuigenvrijstelling op zonnepanelen
Nakijken van scripties en onderwijsvrijstelling
Flexibele kapitalisatiefactoren bij WOZ-waardebepaling
Rioolheffing voor een jaarplaats op een camping?
Btw bij short-stayverhuur: wat ondernemers moeten weten
Is de vervangingswaarde van bedrijfspanden in- of exclusief btw?
Onderzoek gevolgen beperking vrijstelling groen beleggen per 1 januari 2025
Verbouwing leidt niet tot nieuw gebouw
Schadeverzekeraar probeert onder verlegde btw uit te komen
Hoge Raad komt met nieuwe uitleg van gering financieel belang voor vergoeding immateriële schade
Geen belastingplicht voor Immobilien-Sondervermögen in Nederland
Inzage in fiscaal dossier niet voor 1 januari 2026
Bedragen kinderbijslag per 1 juli 2024
Verlaagd btw-tarief voor verhuur zeiljachten
Waardestijging woning belast in box 3?
Terugbetaling ten onrechte ontvangen vergoeding geen negatief loon
Nieuwe pachtnormen per 1 juli 2024
Fiscale implicaties van afgewaardeerde leningen in bedrijfsfinanciën
Villa met praktijkruimte: is de praktijkruimte onderdeel van de woning?
Consultatie verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen
Inspecteur vernietigt compromis over uitdeling op grond van dwaling
Mag een bestuursorgaan in hoger beroep terugkomen op eerdere ontvankelijkverkaring bezwaar?