Leaseauto was arbeidsvoorwaarde

21-01-2021

Bij de beantwoording van de vraag of tussen een werkgever en een werknemer een arbeidsvoorwaarde is ontstaan, komt het aan op de betekenis die partijen aan elkaars gedragingen en verklaringen hebben toegekend en de betekenis die zij in de gegeven omstandigheden daaraan redelijkerwijs mochten toekennen. Van belang kunnen zijn de inhoud van de gedragslijn, de aard van de arbeidsovereenkomst en de positie van partijen, de duur van de door de werkgever gevolgde gedragslijn en de aard van de voor- en nadelen die voor de werkgever en de werknemer uit de gedragslijn voortvloeien.

Een procedure voor de kantonrechter had betrekking op de vraag of een leaseauto voor een werknemer een arbeidsvoorwaarde was. De werknemer had vanaf zijn indiensttreding in 2008 de beschikking over een leaseauto. De regeling van de werkgever maakte op dat moment onderscheid tussen functionele en arbeidsvoorwaardelijke leaseauto’s. De functie van de werknemer was door de werkgever als ambulant aangemerkt. Op grond daarvan kwam hij in aanmerking voor een functionele leaseauto. Per 1 november 2018 hanteerde de werkgever een nieuw mobiliteitsbeleid en werden geen arbeidsrechtelijke leaseauto’s meer toegekend. In dat kader heeft de werkgever opnieuw vastgesteld wat ambulante functies zijn. De functie van de werknemer werd niet langer als ambulant aangemerkt. Na het einde van zijn lopende leasecontract meende de werknemer in aanmerking te blijven komen voor een leaseauto.

Volgens de kantonrechter kwalificeerde de terbeschikkingstelling van een leaseauto als een arbeidsvoorwaarde. De werkgever onderbouwde zijn stelling, dat de functie van de werknemer aanvankelijk ambulant was, niet. De werknemer voerde aan dat hij slechts zelden klanten bezocht. De kantonrechter nam als vaststaand aan dat aan de werknemer een leaseauto ter beschikking is gesteld terwijl hij feitelijk nooit heeft voldaan aan de daarvoor in de leaseregeling gestelde eisen. De verstrekking van de leaseauto vormde een wezenlijk onderdeel van de voordelen die voor de werknemer uit zijn arbeidsovereenkomst voortvloeiden, gezien het toestaan van privégebruik en het beschikken over een tankpas van de werkgever waarmee hij ook de kosten van brandstof voor het privégebruik van de leaseauto mocht betalen. De werknemer mocht er op vertrouwen dat hij gedurende de resterende tijd van de arbeidsovereenkomst recht zou hebben op een leaseauto. Voor zover niet al van aanvang af sprake is geweest van een arbeidsvoorwaarde, is dat door het tijdsverloop het geval geworden.

Zowel in de arbeidsovereenkomst als in de leaseregeling was een beding tot eenzijdige wijziging opgenomen. Wegens het ontbreken van voldoende zwaarwegende belangen mocht de werkgever zich niet op dat beding beroepen. Het streven van de werkgever naar minder en duurzamere reisbewegingen woog niet op tegen het financiële belang van de werknemer bij de terbeschikkingstelling van een leaseauto.

Recente nieuwsartikelen

Waardebepaling recreatieterrein inclusief stacaravans op verhuurde jaarplaatsen

Geen ingekomen werknemer

Analyse arresten Hoge Raad box 3

Ondernemer betrapt op drugshandel: hof bevestigt redelijkheid schatting inspecteur

Miljoenen uit de greep van de Belastingdienst: moet de zoon erfbelasting betalen?

Hoge Raad oordeelt over btw-heffing voor besnijdenissen

Vooruitbetaling collegegeld ter verkrijging verblijfsvergunning

Dienstverlening hospice niet te vergelijken met hotel

Toepassing werktuigenvrijstelling op zonnepanelen

Nakijken van scripties en onderwijsvrijstelling

Flexibele kapitalisatiefactoren bij WOZ-waardebepaling

Rioolheffing voor een jaarplaats op een camping?

Btw bij short-stayverhuur: wat ondernemers moeten weten

Is de vervangingswaarde van bedrijfspanden in- of exclusief btw?

Onderzoek gevolgen beperking vrijstelling groen beleggen per 1 januari 2025

Verbouwing leidt niet tot nieuw gebouw

Schadeverzekeraar probeert onder verlegde btw uit te komen

Hoge Raad komt met nieuwe uitleg van gering financieel belang voor vergoeding immateriële schade

Geen belastingplicht voor Immobilien-Sondervermögen in Nederland

Inzage in fiscaal dossier niet voor 1 januari 2026

Bedragen kinderbijslag per 1 juli 2024

Verlaagd btw-tarief voor verhuur zeiljachten

Waardestijging woning belast in box 3?

Terugbetaling ten onrechte ontvangen vergoeding geen negatief loon

Nieuwe pachtnormen per 1 juli 2024

Fiscale implicaties van afgewaardeerde leningen in bedrijfsfinanciën

Villa met praktijkruimte: is de praktijkruimte onderdeel van de woning?

Consultatie verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen

Inspecteur vernietigt compromis over uitdeling op grond van dwaling

Mag een bestuursorgaan in hoger beroep terugkomen op eerdere ontvankelijkverkaring bezwaar?

Administratiebureau C.O. Steeman kenmerkt zich door korte lijnen, duidelijkheid, flexibiliteit en een uitstekende service.

Onze kracht:

  • Maatwerk
  • Jarenlange ervaring
  • Betrouwbaar
  • Kennis van de markt
  • Accuraat
© 2023 Administratiebureau Steeman