Toepassing tariefgroep erfbelasting bij erfenis van biologische vader
22-04-2021
De Algemene Wet inzake Rijksbelastingen definieert een kind als een eerstegraads bloedverwant en aanverwant in de neergaande lijn. De Successiewet verklaart tariefgroep l van toepassing op verkrijgingen van afstammelingen in de rechte lijn. De Hoge Raad heeft het begrip afstammelingen in de rechte lijn uitgelegd als bloedverwanten in de rechte neergaande lijn.
De vraag in een procedure was hoe het begrip bloedverwant moet worden uitgelegd. De vraag kwam aan de orde in een procedure over het successierecht. Een kind erfde van zijn overleden biologische vader. De biologische vader was echter niet de juridische vader van het kind. Volgens de belanghebbende was nog steeds sprake van bloedverwantschap, aangezien door de erkenning van het kind door de juridische vader de biologische band met de overledene niet is verbroken. De belanghebbende meende recht te hebben op toepassing van tariefgroep l en op de vrijstelling van erfbelasting voor kinderen.
De rechtbank Gelderland is van oordeel dat voor de toepassing van de Successiewet in beginsel het Burgerlijk Wetboek moet worden gevolgd, tenzij de fiscale wettekst een afwijking voorschrijft. Uit het Burgerlijk Wetboek volgt dat de juridische term bloedverwantschap niet gelijk staat aan biologische verwantschap. De formele familierechtelijke band tussen personen prevaleert. In het Burgerlijk Wetboek worden een erkenning, een gerechtelijke vaststelling van het vaderschap of een adoptie gelijkgesteld met een geboorte als het gaat om de vaststelling van de graad van bloedverwantschap tussen personen. De overledene was ten tijde van de geboorte van het kind niet met diens moeder getrouwd en heeft het kind niet erkend. Het vaderschap van de overledene is niet gerechtelijk vastgesteld en de overledene heeft het kind niet geadopteerd. Dit betekent dat er geen familierechtelijke betrekking bestaat tussen de biologische vader en het kind.
Volgens de rechtbank heeft de Belastingdienst terecht tariefgroep II en de vrijstelling voor overige verkrijgers toegepast.
Recente nieuwsartikelen
Belasting in Nederland of het buitenland? Rechtbank geeft duidelijkheid
Het verzwijgen van inkomen bij faillissement liep verkeerd af
Hof oordeelt over fiscaal inwonerschap van Nederland
UWV heeft gedifferentieerde premies Werkhervattingskas 2025 vastgesteld
Heffingsbevoegdheid over lijfrente-uitkeringen uit Nederland
Vrijstelling piloteninkomen Turkije ten onrechte geweigerd?
Loonstop ten onrechte opgelegd
Bekendmaking belastingaanslagen aan ontbonden rechtspersoon
Hof bevestigt correcties inspecteur: aftrekposten niet onderbouwd
Was de inspecteur te laat met een navorderingsaanslag?
Geen verband tussen ziekte en medisch onderzoek: geen aftrek kosten
€ 148 miljoen voor stimulering Nederlandse maakindustrie
Werkgever mocht werknemers overplaatsen met beroep op eenzijdig wijzigingsbeding
Geen verzuimboetes e-commerce tot 1 januari 2025
Betaalde premie voor buitenlandse AOV als aftrekpost?
Loonsanctie terecht opgelegd; bedrijfsarts heeft te weinig onderzoek gedaan
Rechter moet gelegenheid tot herstel bieden als geldigheid machtiging is verstreken
Wettelijke regels berekening WIA-dagloon zijn discriminerend
Hockeytrainer in btw-soap: heeft de inspecteur het doel gemist?
De sleutel tot het behoud van zelfstandigenaftrek
B&B-eigenaren winnen zaak over kleinschaligheidsinvesteringsaftrek
Prestaties binnen fiscale eenheid omzetbelasting
Tijdelijke subsidieregeling aanschaf emissieloze touringcars
Verhoging budget en tweede openstelling AanZet
Internetconsultatie eenmalig niet-indexeren maximum uurprijs kinderopvangtoeslag in 2026
Terugvragen in andere lidstaat betaalde omzetbelasting
Waardebepaling recreatieterrein inclusief stacaravans op verhuurde jaarplaatsen
Analyse arresten Hoge Raad box 3
Ondernemer betrapt op drugshandel: hof bevestigt redelijkheid schatting inspecteur