Verkoopopbrengst sportpaard niet belast
11-03-2021
Een voordeel kan slechts belastbaar inkomen in de zin van de Wet IB 2001 zijn als aan dat voordeel een bron van inkomen ten grondslag ligt. Volgens vaste jurisprudentie is een bron van inkomen aanwezig als is voldaan aan drie voorwaarden. Deze voorwaarden zijn deelname aan het economische verkeer, het subjectieve oogmerk om voordeel te behalen en de objectieve verwachting dat het voordeel redelijkerwijs kan worden behaald.
De Belastingdienst merkte de verkoopopbrengst van een springpaard aan als resultaat uit overige werkzaamheden. De eigenaar had het paard in 2007 voor € 12.500 gekocht als rijpaard voor zijn dochter. In 2014 verkocht hij het paard voor € 1.300.000. In de tussenliggende tijd heeft de dochter met het paard aan diverse wedstrijden meegedaan en regelmatig prijzen gewonnen. De rechtbank achtte niet aannemelijk gemaakt dat het behaalde voordeel ten tijde van de aankoop van het paard werd beoogd. De enkele omstandigheid dat het paard op enig moment met winst is verkocht, is hiervoor onvoldoende. De belanghebbende had, totdat hij het bod van de koper ontving, geen intentie om het paard te verkopen. Op aandringen van zijn dochter heeft vader het bod geaccepteerd en het paard verkocht. De rechtbank vond van belang dat de belanghebbende niet in paarden handelde. Omdat het voordeel niet beoogd werd, was geen sprake van een bron van inkomen en kon het voordeel niet belast worden als resultaat uit overige werkzaamheden.
De Wet IB 2001 verstaat onder belastbare winst uit onderneming het gezamenlijke bedrag van de winst die een ondernemer geniet uit een of meer ondernemingen, verminderd met de ondernemersaftrek en mkb-winstvrijstelling. Winst is het bedrag van de gezamenlijke voordelen die onder welke naam en in welke vorm ook worden verkregen uit de onderneming. Vader betaalde na de verkoop van het paard 10% van de verkoopopbrengst als commissie aan zijn dochter. De dochter was ten tijde van de verkoop zelfstandig ondernemer als ruiter en trainer van wedstrijdpaarden. Volgens de Belastingdienst vormde de ontvangen commissie van € 130.000 winst uit onderneming voor de dochter. De vraag was of de door de dochter ontvangen commissie winst uit onderneming vormde. In de jaren voorafgaand aan de verkoop werd het paard door de dochter getraind en bereden tijdens wedstrijden. De rechtbank oordeelde dat de commissie geen ondernemingsbate was, omdat de bate niet in de ondernemingssfeer is opgekomen. Van belang voor dit oordeel was dat het ging om een privépaard van haar vader, waarop de dochter al reed en meedeed aan wedstrijden voordat zij haar onderneming begon.
Recente nieuwsartikelen
Advies Raad van State over wetsvoorstel tegenbewijsregeling box 3
Bezwaarschriften belastingrente Vpb aangewezen als massaal bezwaar
Excessieve rente op aandeelhoudersleningen doorbreekt fbi-status
Van hooischuur naar hoofdpijndossier
Te laat reageren van de gemeente heeft dwangsom tot gevolg
Betaalde rente voor ex niet aftrekbaar
Schenking in 2024? Aangifte schenkbelasting voor 1 maart
Geen onbeperkte verliesverrekening voor verlengd boekjaar 2012/2013
Geen zelfstandigenaftrek voor ondernemer, die ook werkt voor de bv van de partner
Btw-vrijstelling voor thuistest
Mag de Belastingdienst aanmaningskosten in rekening brengen aan een buitenlands belastingplichtige?
Negatieve spaarrente is negatief inkomen box 3
Belastingdienst controleert in 2025 extra op zakelijke kosten
Aanmanen mag pas na afwijzen verzoek kwijtschelding
Herinvesteringsvoornemen aanwezig ondanks ontbreken van een concreet plan voor vervanging
Kabinet gaat door met wetsvoorstel Wet werkelijk rendement box 3
Hoger beroep inspecteur niet-ontvankelijk door te laat indienen van motivering
Verlaagde btw-tarief van toepassing bij sporten op het strand
Verklaring betalingsgedrag nu ook online aanvragen
Parkeerbelasting voor pakketbezorgers per levering beoordelen
Termijn voor indienen suppletie omzetbelasting
Papier telt: vast contract zonder schriftelijke vastlegging kost werkgever geld
Kort kijken, hoog schatten: het hof fluit de inspecteur terug
Wie kan er bezwaar maken tegen parkeerboete?
Gerechtshof corrigeert onredelijke schatting van inspecteur
WOZ: Vergelijkingsobjecten uit andere dorpskern bruikbaar
Aangifte is impliciet verzoek om doorschuiven verkrijgingsprijs